1600
1612
In 1612 waren er drie bewoners uit Lotingswolde, die belasting op akkerland (Bezaaide landen betaalden. De drie vermelde belastingplichtigen in Leutingewolde waren:
- Hermen Gerrits; grootte 16 mudde
- Beren Henrijcks; grootte 7 mudde
- Jan Henrijkcs; grootte 6 mudde
(Bron R13)
Rond 1630
Rond 1630 was het aantal inwoners (ouder dan 1 jaar) in Leutingewolde 60 personen. Ter vergelijking: Roden dorp had er (slechts) 326.
Het aantal huishoudens in Leutingewolde was 13 en dit blijft redelijk stabiel en komt aardig overeen met de situatie rond 1790: blijkbaar is de omvang der woningen in die periode niet enorm toegenomen.
(Bron R20)
Marken
Elke buurschap had in de Middeleeuwen een afgebakend grondgebied ter beschikking, de Marke. De Marke was als onverdeeld grondgebied in gezamenlijk eigendom van de eigenaren van (de boerderijen in) de buurschap, die er elk een vastgesteld aandeel in hadden. Op deze manier werden de grondrechten en ook de opbrangsten verdeeld. Dit aandeel wordt waardeel genoemd. De hoeveelheid waardelen die iemand bezat bepaalde hoeveel macht hij had in de boermarke en hoeveel belasting of heffing betaald diende te worden.
Was het bezit in het begin veelal in handen van edelen en geestelijken, later werden dit ook de eigenerfden (vrije boeren), keuterboeren of soms landarbeiders.
Binnen deze marke was het aandeel keuterboeren (mensen die naast hun andere, normale werk er een kleine boerderij op na hielden) erg groot. Keuterboeren zorgden ook voor een onduidelijke verdeling van landen omdat ze braakliggene, tot dan niet gebruikte gronden in gebruik gingen nemen zonder eigenaar te zijn.
In de streek rond het Leekstermeer legde men zich op veeteelt toe, akkerbouw werd weinig toegepast in tegenstelling tot hogerliggende gronden in Drenthe.
1638 Markescheiding
In de periode van 1638-1642 begon de "Angevinge en Scheidinge van de Markte van Roden". Hierbij werden de gronden, die eerst in bezit van waren binnen de Marke officieel verdeeld en toegewezen aan de individuele eigenaren. Eerst werd de grondverdeling tussen de eigenaren bepaald, daarna werd het gebied in delen opgesplitst die verloot werden (Verlotingen).
Binnen deze verlotingen behandelen de Derde ( het deel ten noorden van de Sultheres tot aan de Turfweg) en Vierde (ten noorden van de Turfweg inclusief de hooilanden) Slag ofte Verlottinge de scheiding in het gebied van Leutingewolde.
(Bron R04)
Na 1642
Na het scheiden van de marken werden er grondschattingsregisters, ten behoeve van vaststellen bebouwd en onbebouwd land en de opbrengsten, bijgehouden. Deze, die in de periode tussen 1642 en 1664 zijn opgesteld, zijn bewaard gebleven.
Hier worden een aantal namen in Loetingewolde vermeld.
(Bron R04)
Een verzameling van de namen uit deze periode is vermeld in onderstaande tabel.
Naam | Meijer van | Waarde land | Hoyland (mat) |
Jan Egberts | Rademaker | 0 | 8.5 |
Andries Claassens | Nienoort | 3824 | 18 |
Jan Hindriks | | 290 | |
Boele Martens | Nienoort | 3818 | 25 |
Jan Roelofs | | 2265 | |
Lijsbeth Eels | | 0 | |
Roelof Smeenge | Nienoort | 2265 | |
Jan Hansen | Nienoort | 4366 | 22 |
Johan Hansen | Nienoort | | 16 |
Hendrik Tiesinga | | | 18 |
Jacob Martens | | | 12 |
Harmen Willems | Regemortes | 246 | 8 |
Bruin Lant | | 3359 | 15 |
Egbert Pouwels | | 229 | |
Floris Aukema | | 3833 | 31 |
Berent Hendricks | Gankema (deels) | 785 | 36 |
Geert Arents | | 4152 | 17 |
Arent Lant | | 431 | |
Tietus Gankema | | | 5 |
Roelof Winsing | | | 3 |
Toelichting:
- de waarde van het bouwland is zoals bepaald in 1664 (Bron R04)
- het oppervlak van de hoylanden is zoals bepaald in 1642 (Bron R04)
- Indien geen waarde is weergegeven is deze persoon niet vermeld
Deze Grondschattingsregisters waren blijkbaar eenmalig, aangezien tot eind van de 17e eeuw er geen nieuwe registers werden opgesteld.
Verdere vermeldingen
1643
In 1643 is er een onderhandse akte van ruilen van waardelen tussen Floris Auckema en zowel Geert Syckinge, Hendrik Geerts en Egbert Pelinge (via Lucas Jans).
(Bron R04)
1648
Er wordt over problemen in de gemeente Roden gesproken over Jan Hansen te Leutingewolde, die zijn kind niet laat dopen in de plaatselijke kerk (te Roden). Dit had als voorbeeld het gedrag van anderen zoals de heer van Ewsum.
(Bron R31)
1657
Rond 1657 tot 1659 wordt te Luttingewolde vermeld Bruin Lant, als et (sprekende rechtspraak vanaf de etstoel). Etten werden binnen een Dingspel gekozen en bleven drie jaar in functie. Per dingsspel (ook die van Noordenveld) waren er zes etten.
(Bron R33)
1675
In 1675 komt de naam Trijntie Willems voor:
Trijntie Willems, met attestatie van ds. Bollaert (Roden) van Lotingewolde.
(Bron R30)
Eind 1600
Het lijkt door de wisselingen in opgetekende volgorden der woningen / bewoners, afgeleid van latere informatie uit Haardstedenregisters, of de huizen / woningen voor kortere tijd werden bewoond en daarna weer afgebroken. Op sommige plaatsen lijkt een doorlopende, continue bewoning niet aantoonbaar. Dit wordt ook veroorzaakt door het ontbreken van plattegronden met woningen uit die periode.
Rond 1700 zijn er de volgende bewoners:
- Roelof Hindriks
- Geert Jansen Buldt
- Geert Harmsen
- Roelof Harmsen of Harmens
- Jan Schoemaeckers (kinderen)
- Jan Deddes
- Hindrik Roelofs en Martien Hindricks
- Steven Tijes
(Bron R15)
|
1612: vermelding van Leutingewolde bewoners
(Bron R13).
Deel van Markescheiding rond 1638
(Bron R04).
Waardeel Mandewaar (waaronder Aukema)
(Bron R04).
|